Wat moet ik kennen en kunnen?
Je kan de tijd van Grieken en Romeinen aanduiden op een tijdbalk.
Je kan het dagelijks leven van de Grieken omschrijven.
Je kan het dagelijks leven in het Romeinse Rijk omschrijven.
Je kent drie belangrijke gebeurtenissen of personen uit de tijd van Grieken en Romeinen.
Je kan het dagelijks leven van de Grieken omschrijven.
Je kan het dagelijks leven in het Romeinse Rijk omschrijven.
Je kent drie belangrijke gebeurtenissen of personen uit de tijd van Grieken en Romeinen.
Opdracht
Bespreek de volgende vragen in je groep. Vul de antwoorden ervan in op blz. 46 in je leerwerkboek.
Bekijk de prent bovenaan deze pagina. Wat zie je?
Je ziet zowel de Grieken als de Romeinen. Bij de Romeinen zie je nog een fragment van hun gladiatorenspelen, bij de Grieken het theater.
Deze periode begint in ca. 800 v.C en eindigt in ca. 500 n.C.
Hoeveel eeuwen telt deze periode dus?
Duid de periode aan boven- en onderaan de pagina.
Bekijk de prent bovenaan deze pagina. Wat zie je?
Je ziet zowel de Grieken als de Romeinen. Bij de Romeinen zie je nog een fragment van hun gladiatorenspelen, bij de Grieken het theater.
Deze periode begint in ca. 800 v.C en eindigt in ca. 500 n.C.
Hoeveel eeuwen telt deze periode dus?
Duid de periode aan boven- en onderaan de pagina.